25. Diksap

Zodra het lente is, gaat Elsewientje iedere dag naar buiten. Of het zonnetje schijnt of niet, buiten ruikt ze plantjes. Haar papa zegt wel eens dat je de plantjes kan horen groeien. Nou dat kent Elsewientje wel. Met haar poezenoortjes kan zij alle plantjes horen groeien. Maar dat vindt Elsewientje nu niet zo belangrijk. Zij wil weten of je ook een boom kan horen groeien. In het bos, vlak achter het grote huis is een oud bos. Een oud bos betekent dat er bomen staan die wel honderd jaar oud zijn. Sommige zijn soms nog ouder. Dat zijn opa- en omabomen. Als Elsewientje in het bos staat, kijkt ze in het rond welke boom zij gaat beluisteren. Het lijkt wel of hele grote opa-beukenboom haar wenkt. Met zijn gladde bast en z'n dikke takken staat hij te glimmen in het bos. Dat kan nu nog, er zitten geen bladeren aan de bomen. Zo kan de zon zijn bast en takken bereiken en het daar lekker warm maken. Elsewientje gaat dicht tegen de boom staan en legt haar oortje op een hele gladde plek. Hierdoor kan er geen ander geluid haar oortje binnenkomen. Ze wacht en wacht... Ze vindt het wel spannend want wie weet... misschien moet hij van het vele eten wel boeren. Juist nu het lente is wordt er veel gegeten door bomen en planten. Ze moeten na zo'n strenge winter aansterken om in de zomer te kunnen bloeien. Elsewientje weet, van een eerder gesprekje met een boom, dat ze elkaar wel voeren. Ja, gewoon eten geven als er een boom te zwak is om zelf voedsel te zoeken met zijn wortels. Ze vindt dat heel lief. Terwijl zij zo aan het denken is, hoort ze plotseling geluid. Alsof er een kleine stoomboot van sinterklaas aankomt. Sjoefffff, sjoeffff, sjoeffff. Het klotst, kloekt en klatert. Dat is natuurlijk het drinken van de boom. Zij moet heel goed luisteren en dan hoort zij de boom drinken. Sjoefff, sjoefff, sjoefff. Als Elsewientje tegen de stam tikt met haar vingertje, dan lijkt het alsof ze een pan water hoort klotsen. Gelukkig moet de boom niet boeren. Dat gebeurt alleen maar als hij gegeten heeft. Ze omhelst de boom en zegt: ga jij maar lekker smullen hoor, wordt maar een dikke grote boom. Door dit geluid heeft ze ook zelf dorst gekregen. Elsewientje rent naar het grote huis en vraagt haar mama een groot glas diksap want daar wordt de beukenboom ook groot en sterk van. Daar gaat hij zelfs van bloeien!