46. Winter wurmen

In deze tijd van het jaar maakt de papa van Elsewientje altijd de tuin winterklaar. Dat betekent dat de voetjes van planten bedekt worden met een heerlijk warm dekentje van stroo. Elsewientje wil haar papa natuurlijk helpen en als zij zo druk aan het werk zijn, zien ze Binky, haar vriendje, verderop met een schep in de grond bezig.

Hij beweegt de schep heen-en-weer en op-en-neer. Hij staat er puffend bij te kijken.

Hè Bink, wat ben je aan ’t doen, joh?
‘Ik ben aan het wurmen zoeken.’

‘Wurmen aan het zoeken? Waarom doe je dat? Ik ga nog even vissen en dan doe ik zo'n lekkere vette wurm aan het haakje. Dat lusten vissen wel, hoor.’

‘Ach bah, niet doen joh, vissen lusten ook brood, dan doe je dat toch aan je haak, een lekker deegje. Dat doet zo’n wurm heel veel pijn hoor. `En wurmen hebben we in de tuin nodig want zij eten alle viezigheid op en poepen dan goeie mest uit. Dat eten de planten weer op. Daarom is onze tuin in de zomer zo mooi. Dat doen die wurmen. Nee hoor ze niet aan een haak doen, dan gaan ze dood!’

‘Ohhh,’

 Binky staat er wat beteuterd bij te kijken. Hij had zo'n mooi plannetje om te gaan vissen....

‘Zal ik dan je papa gaan helpen met het stroo?’

‘Super, dat is fijn dan heeft hij nog meer hulp.

Bink laat de schep staan en hij helpt samen met Elsewientje de plantjes toedekken.

En... wat Elsewientje hem niet vertelt is, dat zij met haar poezenoortjes de stemmetjes van de wurmen kan opvangen. Ze kon onder de grond, de wurmen horen juichen. Gelukkig was er geen gevaar meer en konden de wurmen alle plantjes verwennen voor de winter.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten