28. Samendruppels

Het is nog schemerig als Binky staat te wachten in de tuin. Vijf uur in de ochtend is voor Elsewientje wel heel vroeg. Iedereen in het dorp is vandaag vrij. Dauwtrappen heet dat. Dat gebeurt 1 keer in het jaar op een donderdag. Heel vroeg gaan ze dan het bos in of door het weiland struinen. Binky vertelt Elsewientje dat hij echt wil dauwtrappen. Op alle dauwdruppeltjes wil hij stappen. Zodat ze niet meer bolletjes zijn maar waterplasjes worden. 'Dat is goed voor de grassprieten. Die kunnen dan beter drinken,' zegt hij. Als we het gras oplopen ziet Elsewientje haar voetstapjes duidelijk staan. Het lijken op voetstapjes in de sneeuw, roept ze luid naar Binky, haar vriendje. Het gras lijkt nu heel dof met al die dauwdruppeltjes. Als Elsewientje er op heeft gestapt dan ziet ze echt een plasje water ontstaan. Ze draait haar poezeoortjes in het rond om te luisteren of ze stemmetjes hoort. Heel zachtjes hoort ze gejuich. Juichen, wie doet dat nou? Dan ziet ze een grote dauwdruppel die zich niet stil kon houden. Hij beweegt rond en roept hoi, hoi, hoi. 'Waarom juich jij zo,' vraagt Elsewientje. En dan komt na veel aandringen het grote woord er uit. 'We gaan samen. Als waterdruppeltjes zijn we heel alleen. Maar als we waterplasjes worden zijn we allemaal weer samen, daar worden we blij van. Daar gaan we van juichen.'
Op die laatste donderdag in mei hoorde Elsewientje heel veel gejuich. En toen de zon ging schijnen werd het helemaal een blije dag, want de grassprieten zongen samen hun drinkliedje. Zij dronken de plasjes water die Elsewientje en Binky hadden getrapt. Elsewientje vond dauwtrappen heel leuk, maar zo vroeg uit bed komen was toch wel heel moeilijk. Daarvoor zal ze voortaan de avond tevoren toch maar eerder gaan slapen.


29. Bosvos

Het is zonnewende zegt mama. Elsewientje weet niet wat dat betekent. Ze vraagt haar vriendje Binky of hij zonnewende kent. Nou en of... hij dat kent. Dan mag hij langer opblijven. Het is dan de langste dag van het jaar. Nou, dat knoopt Elsewientje goed in haar poezeoortjes. 'Misschien mag ik vanavond dan ook wel langer opblijven?' Zegt ze tegen Binky. Dan gaan we samen op pad. Jottem, dat gaan we doen.Die avond zien ze elkaar achter het grote huis. Op de heuvel achter het grote huis kun je een goed kijken naar de ondergaande zon. Mama vertelde haar dat de zon dan iedere dag een beetje verder van de heuvel afkomt te staan. Zonnewende betekent afscheid nemen van de zon die je nu bijna kunt aanraken. Samen zitten Elsewientje en Binky op de heuvel naar de grote oranje zon te kijken. Ze vinden het jammer dat de zon nu weer weggaat. Achter de donkere wolken kan hij zich goed verstoppen. Maar nu is het nog niet zo ver. Terwijl zij zo samen zitten, komt er uit het bos een rode vos en gaat naast hen zitten. Ze blijven stil en wachten tot hij misschien iets gaat zeggen. Na lang wachten horen Elsewientje en Binky hem diep zuchten. Elsewientje vraagt wat er is. En dan verteld meneer de bosvos dat hij het afscheid van de zon altijd zo moeilijk vindt. Afscheid nemen is niet fijn. 'Dan moet je weer lang wachten tot de zon zo dichtbij is, ' zegt de bosvos. Met haar poezeoortjes kan Elsewientje de bosvos goed verstaan. Ze vertelt dat zonnewende ook eenfeest is. De zomer begint dan. Dagen met warme nachten dn feesten op het strand. De zonnewende is juist een vrolijk moment had Elsewientjes mama gezegd. Binky vindt dat ook. De bosvos zucht nog een keer en vertelt dat hij de warmte van de zon zo gaat missen. Als het later gaat sneeuwen moet hij buiten onderdak zoeken en dat hoeft nu niet. De zon is zijn deken, zo warm is het nu s'nachts. Elsewientje vindt dat ook en kijkt de bosvos strak aan en zegt: Zover is het nu nog niet, hoor. Het gaat nog lang niet sneeuwen. We mogen eerst pret maken in de zomer. Nog heel lang slapen als een roos. Als een bloem die bloeit onder de zon. Dus zucht maar niet, langer en geniet van de grote oranje ondergaande zon.